- De economie van de eurozone is in het tweede kwartaal van 2024 opnieuw met 0,3 procent gegroeid, zo meldt statistiekbureau Eurostat.
- Volgens de voorlopige cijfers voor de afzonderlijke EU-landen presteerde Ierland het best en Letland het slechtst.
- In Duitsland was sprake van een onverwachte tegenvaller: de economie is in het tweede kwartaal met 0,1 procent gekrompen.
- Lees ook: Deze 6 eurolanden hebben een staatsschuld die groter is dan de omvang van hun economie
De economie van de eurozone heeft in het tweede kwartaal groei laten zien. In een voorlopige schatting van het Europese statistiekbureau Eurostat wordt een groei gemeld van 0,3 procent in vergelijking met het voorgaande kwartaal.
De economie van de eurozone liet daarmee een stabiele groei zien, want in de eerste drie maanden van dit jaar was er ook een plus van 0,3 procent.
Voor de gehele Europese Unie noteerde Eurostat eveneens een groei van 0,3 procent in het tweede kwartaal. Ook dat cijfer is gelijk aan de EU-groei in het eerste kwartaal van dit jaar.
Volgens de beschikbare cijfers voor de afzonderlijke EU-landen presteerde Ierland het best met een groei van 1,2 procent op kwartaalbasis. De sterkste krimp werd gemeten in Letland met een neergang van 1,1 procent. Eurostat meldde geen cijfers voor Nederland.
ING-econoom Bert Colijn zegt dat de economie van de eurozone verder herstelt van een lange periode van stagnatie, maar dat er wel tekenen zijn te zien van afzwakking. Dat betekent volgens Colijn dat de Europese Centrale Bank (ECB) verder kan gaan met het verlagen van de rente.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) publiceert op 14 augustus een eerste berekening over de groei van de Nederlandse economie in het tweede kwartaal. In mei kwam het CBS nog met een onverwacht krimpcijfer van 0,1 procent in het eerste kwartaal.
Duitse economie krimpt onverwacht in tweede kwartaal
Zoals te zien valt in bovenstaande tabel, is de economie van Duitsland licht gekrompen. Volgens een vroege schatting van het Duitse federale statistiekbureau Destatis ging het om een krimp van 0,1 procent in vergelijking met het voorgaande kwartaal, toen er nog een groei was te zien van 0,2 procent.
Daarmee was sprake van een onverwachte tegenvaller voor de belangrijkste handelspartner van Nederland, aangezien economen hadden juist op een kleine plus hadden gerekend. De krimp is volgens Destatis vooral te wijten aan zwakke bedrijfsinvesteringen.
Duitsland gaat al langer gebukt onder een zwakkere export en ook voorzichtigheid bij de bestedingen van huishoudens door de hoge inflatie. Onlangs werd al bekend dat het ondernemersvertrouwen in Duitsland verder is afgenomen. Economen rekenen voorlopig niet op een sterk herstel voor de Duitse economie.
ING-econoom Carsten Brzeski spreekt in een reactie van een teleurstelling en zegt dat het moeilijk is voor Duitsland om te ontsnappen aan een "combinatie van cyclische en structurele tegenwind". Het krimpcijfer bewijst volgens hem opnieuw dat Duitsland de economische achterblijver is van de eurozone. Een sterk herstel in de tweede jaarhelft is zeer onwaarschijnlijk, aldus Brzeski.